Theorie
Oefenvragen
Inhoudsopgave
Welke geluidsseinen kan een boot geven?
Boten kunnen diverse geluidsseinen geven om andere schepen in de buurt te laten weten wat ze gaan doen. Een sein bestaat uit een serie van korte en lange stoten. Kleine schepen mogen voor het geven van geluidsseinen gebruik maken van een toeter.
Het geluidssein
Tegenwoordig gebruiken grote boten de marifoon om te laten weten hoe ze gaan manoeuvreren. Maar bij gevaar voor aanvaringen moeten grote boten en mogen kleine boten nog steeds met geluidsseinen aangeven wat ze gaan doen. Een geluidssein is veel sneller te geven dan het zoeken van een verbinding via de marifoon. Er zijn diverse geluidsseinen, waarmee schepen met elkaar kunnen communiceren.
Dit doen ze door een combinatie van korte en lange stoten te geven. Een zeer korte stoot duurt ongeveer 0,25 sec, een korte stoot duurt 1 seconde en een lange stoot 4 seconden. Grote schepen moeten tegelijk met het geven van een geluidssein een helder geel rondom schijnend licht tonen, dit heet een fluitlicht. Meer informatie over maritieme noodsignalen is hier te vinden.
Kleine schepen

Kleine schepen mogen niet alle seinen geven die grote schepen wel mogen geven. De seinen die een klein schip moet geven (als het nodig is natuurlijk) zijn het attentiesein, het noodsein en het ‘ik kan niet manoeuvreren’-sein. Optioneel mogen kleine schepen de volgende seinen geven: ik ga bakboord, stuurboord, achteruit, hulp nodig, verzoek bediening brug/sluis en er dreigt gevaar voor een aanvaring.
Soorten geluidsseinen
Geluidsseinen zijn onder te verdelen in een aantal groepen. Kleine schepen mogen de seinen uit de groepen B, C, D en E niet geven. Kleine schepen mogen voor het geven van geluidsseinen een scheepstoeter gebruiken. Er zijn korte (*) en lange (-) stoten.
A – Algemene seinen
Deze seinen geven algemene manoeuvres aan, zoals ‘ik ga bakboord uit’ (**), ‘ik ga stuurboord uit’ (*), ik sla achteruit’ (***) en de noodseinen (—-).
B – Seinen bij naderen op tegengestelde koersen
Met deze seinen geef je aan of je via bakboord (*) of stuurboord (**) wil gaan passeren.
C – Seinen bij het oplopen
Met deze seinen geef je aan op je via bakboord (–**) of stuurboord (–*) wil gaan inhalen.
D – Seinen bij het keren
Met deze seinen geef je aan of je via bakboord (-**) of stuurboord (-*) wil gaan keren.
E – Seinen bij het in- en uitvaren van havens en nevenwaters
Met deze seinen geef je aan of je via bakboord (—**) of stuurboord (—*) wil gaan varen of bijvoorbeeld een hoofdvaarwater wil gaan oversteken (—).
G – Seinen bij slecht zicht
Hiermee maak je de scheepvaart om je heen duidelijk waar je bent (-)
Het ‘Blijf-weg’ sein
Als er op het vaarwater brand- of explosiegevaar dreigt dan wordt het “blijf weg” sein gegeven. Het sein bestaat uit een korte stoot gevolgd door een lange stoot, minstens 15 minuten herhaald.
Meer lezen?
Veel gestelde vragen
Schepen gebruiken geluidsseinen om aan te geven welke manoeuvre te gaan uitvoeren.
Het geven van een geluidssein is veel sneller dan het gebruik van een marifoon. Vooral bij gevaar voor aanvaringen is het geven van een geluidssein handiger.
Een fluitlicht is een oranje/geel rondom schijnend licht, dat tegelijk met het klinken van de scheepshoorn moet branden, zodat omliggende schepen kunnen zien welk schip toetert.
De seinen die een klein schip moet geven zijn het attentiesein, het noodsein en het ‘ik kan niet manoeuvreren’-sein.
Ja dit is verplicht, een aantal seinen moeten verplicht gegeven worden ook als klein schip. Een simpele toeter om op te blazen voldoet.
Als er op het vaarwater brand- of explosiegevaar dreigt dan wordt het “blijf weg” sein gegeven. Het sein bestaat uit een korte stoot gevolgd door een lange stoot, minstens 15 minuten herhaald.